Vlinderstruik - (Buddleja davidii)
Buddleja davidii
Familie Scrophulariaceae.
Diagnostische kenmerken
Bladen eirond tot lancetvormig, lang toegespitst, gezaagd, van onderen wit- tot grijsviltig behaard. Bloemen 4-tallig, in 20-30 cm lange pluimen. Bloemkroon paars, roze of wit, met een oranje ring in de keel. Vrucht een doosvrucht.
Hoogte bloeiende plant
1,00-2,50 m.
Bloeitijd
Juli-oktober.
Levensvorm
Fanerofyt.
Standplaats
Op droge, stenige plaatsen langs spoorwegen, tussen bestrating en op muren.
Zeldzaamheid en verspreiding
Vrij algemeen in Urbane gebieden, elders zeldzaam.
Ook als tuinstruik.
Oorspronkelijk uit China.